PE pensioen dummy toets 5

Khalid (52) is commercieel directeur en bestuurder van King BV. Khalid houdt 30% van de aandelen van King BV. Zijn oom houdt de andere 70%.

Khalid is recentelijk, tegen zijn zin, ontslagen.

In welke van de volgende scenario’s komt Khalid in aanmerking voor voortgezette pensioenopbouw?

Voortgezette pensioenopbouw na het einde van de dienstbetrekking als gevolg van onvrijwillig ontslag is mogelijk indien en voor zover een loongerelateerde uitkering wordt ontvangen.

Welke van de volgende uitkeringen kwalificeert in dat kader als ‘loongerelateerde uitkering’?

Merel (31) heeft op 18-jarige leeftijd een zeldzame vorm van kanker gehad. Zij is op 25-jarige leeftijd volledig genezen verklaard. Merel is kostwinner en wil in dat kader een nabestaandenlijfrenteverzekering alsmede een uitvaartverzekering afsluiten.

Om een gedegen risico-inschatting te maken stelt de verzekeraar vragen over het kankerverleden. Wat is juist met betrekking tot het Besluit verzekeringskeuringen ex-kankerpatiënten?

Met hoeveel procent is het minimumloon gestegen op 1 januari 2023?

Wat is een belangrijke wijziging in de Wwft-leidraden van ministerie van Financiën en AFM?

Conny (58) is langdurig arbeidsongeschikt. Zij heeft bij verzekeraar XYZ nog een lijfrenteverzekering opgebouwd met een waarde van € 73.500. Het inkomen van Conny bedraagt € 38.500.
Conny koopt een deel van de lijfrenteverzekering dit jaar af voor een bedrag van € 50.000.

Wat is nu juist met betrekking tot de afkoop van de lijfrenteverzekering?

Wat is juist met betrekking tot de uitfasering van de inkomensafhankelijke combinatiekorting?

Karel bereikt op 1 januari volgend jaar de pensioengerechtigde leeftijd en wenst gebruik te maken van de mogelijkheid tot het deeltijdpensioen. Hij besluit voor 40% met pensioen te gaan. Karel wil eveneens een deel van het pensioen op ingangsdatum (laten) afkopen.

Welk deel van het ouderdomspensioen kan Karel maximaal gefacilieerd afkopen?

Collectieve waardeoverdracht kan in een aantal situaties aan de orde komen:

• De werkgever wisselt van pensioenuitvoerder;
• De werkgever draagt zijn onderneming over aan een andere ondernemer
• “Interne” collectieve waardoverdracht bij een collectieve wijziging van pensioenrechten;
• Liquidatie van een pensioenuitvoerder: in die situatie is de liquiderende pensioenuitvoerder verplicht tot een collectieve waardeoverdracht aan een andere pensioenuitvoerder.

  Welke uitspraak over een collectieve waardeoverdracht is juist?

Werkgever ABC heeft de pensioenaanspraken van haar werknemers vele jaren geleden ondergebracht bij pensioenfonds XYZ. Recent werd duidelijk dat voor de werknemers van ABC sprake is van een pensioenopbouw bij verplichtgesteld pensioenfonds PQR.

Wat behoort tot de mogelijkheden voor betrokkenen partijen?

Ger en Angela gaan na een huwelijk van 20 jaar scheiden. Ger heeft in Ger Holding bv pensioenrechten in eigen beheer opgebouwd. Dit pensioen is nimmer omgezet in een oudedagsverplichting. In de huwelijkse voorwaarden en echtscheidingsconvenant zijn geen nadere afspraken gemaakt over de verdeling van het pensioen. Angela eist nu voor de rechter dat het haar toekomende pensioen wordt afgestort naar een professionele verzekeraar.

Gegevens procedure tot echtscheiding:
Indienen verzoek tot echtscheiding: 2 januari
Uitspraak rechtbank: 8 mei
Inschrijving vonnis rechtbank Burgerlijke Stand: 20 mei
Afstorten koopsom verzekeraar XYZ: 3 juni

Welke datum is conform de uitspraak van de Hoge Raad bepalend voor de hoogte van het af te storten bedrag van de pensioenaanspraak van Angela?

Charles (68) heeft in eigen beheer een oudedagsverplichting met een fiscale balanswaarde per ultimo vorig jaar van € 353.450. Koen wil de oudedagsverplichting over enkele maanden tot uitkering laten komen. Hij gaat hierover in overleg met de adviseur Vermogen.

Welk antwoord is inhoudelijk juist?

Bij welk type collectieve waardeoverdracht heeft de begunstigde de mogelijkheid bezwaar te maken?

Bart is directeur-grootaandeelhouder. Hij gaat scheiden van Jeanine. Jeanine wil dat Bart zorgdraagt voor afstorting bij een externe pensioenverzekeraar van het kapitaal dat nodig is voor het aan haar toekomende deel van de pensioenaanspraak. Bij de berekening van het benodigde kapitaal dient te worden uitgegaan van de commerciële waarde van de pensioenaanspraak.

Op het moment waarop de afstorting zou moeten plaatsvinden, blijkt dat er onvoldoende kapitaal aanwezig is in de bv om én de commerciële waarde van het aandeel in de pensioenaanspraak van Jeanine af te storten, én voldoende kapitaal in de bv achter te laten om de commerciële waarde van het aandeel in de pensioenaanspraak van Bart te dekken.

Onder welke omstandigheden hoeft de bv niet over te gaan tot afstorting van het voor Jeanine bestemde pensioenkapitaal?

Arnold (63) is inmiddels meer dan 10 jaar kankervrij verklaard. Eindelijk kan hij een uitvaart- en overlijdensrisicoverzekering sluiten.

Voor welke verzekering mag de verzekeraar vragen stellen over zijn kankerverleden, op basis van het Besluit verzekeringskeuringen ex-kankerpatiënten?